‘Zie ik er raar uit?’, vraagt tante Mietje.
Ik sta aan het aanrecht, en vul een thermosfles met koffie. Ik draai me om. Tante Mietje zit kaarsrecht met haar beugelhandtas op schoot aan de keukentafel. Ik schiet in de lach: ‘O, tante Mietje, de lippenstift zit tot aan je oor.’ Met een stuk keukenrol veeg ik de knaloranje lippenstift af.
‘Het is anders wel Christian Dior, nummer 36.’
De arts zei afgelopen woensdag, toen ik met haar mee was naar het HMC Bronovo, dat ze binnen twee weken kan komen te overlijden. Dit wordt haar laatste verjaardag en die vieren we bij mij. Tante Mietje. Toen ik vijf jaar oud was, maakten we samen een ketting van meloenpitten. Voor mijn elfde verjaardag nam ze me mee naar Parijs. Met een taartschep schuif ik het hazelnootschuimgebak op het plateau. Vanmorgen ben ik er speciaal voor naar Maison Kelder gereden. Straks komt er een bont gezelschap van ooms en tantes, een nicht uit Kesteren en haar boezemvriendin van de middelbare school.
Ze tikt met haar lippenstift op de keukentafel. ‘Ik krijg er wel tien’.
‘Wat tien?’
‘Ik heb aan iedereen gevraagd: lippenstift van Dior, nummer 36.’
De deurbel gaat. ‘Kijk, tante Mietje, tante Annie en ome Jan.’
‘Lieve Mietje,’ begint tante Annie. ‘Lippenstift nummer 36 die je zo graag wilde hebben, was overal uitverkocht. Daarom krijg je van Jan en mij een cadeaubon van Douglas. Neem de tijd om hem in te wisselen, deze is één jaar geldig.
Tante Mietje grijnst en zet haar tanden in het hazelnootschuimgebak.
Verdrietig en mooi. Kan ze haar bon wel of niet inwisselen? Je zult het nooit weten. Wel heeft ze genoten van haar gebak.